Snaaien de baas!

Bijna iedereen heeft er wel eens last van: ineens trek krijgen en iets willen snaaien. Je kunt het (haast niet) tegenhouden. Vaak lijkt het alsof het ‘zomaar’ gebeurt, maar er zijn verschillende redenen waarom dit gedrag ontstaat.

Een belangrijke factor is je voedingspatroon. Als je te weinig eet, of vooral kiest voor producten met lege calorieën (zoals koekjes of frisdrank), krijgt je lichaam wel energie maar weinig voedingsstoffen, waardoor je trek blijft hebben in eten. Je hebt juist bouwstoffen nodig: eiwitten, gezonde vetten en koolhydraten. Vooral eiwitten en vetten zorgen voor een langdurig verzadigd gevoel en helpen snaaibuien voorkomen. Ook onregelmatig eten of het eten van veel suiker kan ervoor zorgen dat je bloedsuikerspiegel schommelt, waardoor de trek alleen maar toeneemt.

Daarnaast spelen onbewuste keuzes een grote rol. Denk aan gewoontes zoals elke avond iets snacken voor de tv, of onderweg standaard iets bij het tankstation of treinstation kopen. Overtuigingen als “ik heb dit verdiend” of “het is zonde om eten weg te gooien” kunnen er ook voor zorgen dat je meer eet dan je eigenlijk nodig hebt. En dan zijn er nog de verleidingen: een pot met snoep op het werk, de aanbiedingen in de supermarkt of de geur van verse broodjes als je langs de bakker loopt.

Tot slot heeft snaaigedrag vaak te maken met mentale flexibiliteit. Bijvoorbeeld eten zonder aandacht – gedachteloos snacken achter je laptop of tijdens het scrollen op je telefoon. Of te streng zijn voor jezelf: na een dag ‘perfect’ eten kan een klein foutje al leiden tot “nu maakt het toch niet meer uit”. Gebrek aan zelfzorg, zoals geen tijd nemen voor ontspanning of slaap, kan ervoor zorgen dat je ook veel meer trek hebt in zoet of zout vet eten. En bij innerlijke onrust, bijvoorbeeld stress, verveling of emoties, is het makkelijk om naar eten te grijpen voor afleiding, troost of comfort. 

En vergeet niet: Dat onbedwingbare verlangen komt deels voort uit hoe je brein is geprogrammeerd. Het zoekt beloning en snelle energie – vooral als je moe, gestrest of emotioneel bent. Je brein is ingesteld op gemak én beloning. Snelle suikers, vetten en zout geven je hersenen een kortstondig geluksgevoel, dankzij de aanmaak van dopamine. Daarom voelt het als een onbedwingbare drang: je brein wil nú de makkelijke weg en het snelle plezier. Tegelijk kiest je brein altijd voor de route die het minste moeite kost: de oude, ingesleten gewoonte. Dat verklaart waarom het zo lastig is om nieuw gedrag vol te houden, zeker in verleidelijke situaties (zoals de supermarkt of de bank ’s avonds).

Wat kun je doen om snaaien te verminderen?

  • Eet regelmatig en volwaardig. Zorg dat je maaltijden eiwitten, gezonde vetten en vezels bevatten, zodat je langer verzadigd blijft.

  • Zet verleidingen uit het zicht. Bewaar snacks niet op je bureau of in het zicht in de keuken.

  • Sta stil bij je eetmomenten. Neem even de tijd om te proeven en te voelen of je echt trek hebt.

  • Zorg goed voor jezelf. Plan momenten van ontspanning, slaap voldoende en wees niet te streng voor jezelf.

  • Vervang gewoontes stap voor stap. Kies een gezonder alternatief voor het vaste snackmoment of doorbreek de routine door iets anders te doen (wandeling, kop thee).

  • Word je bewust van je gedachten op het moment dat je iets wilt pakken. Sta even stil: wat zeg ik nu eigenlijk tegen mezelf? Gedachten als “ik heb dit verdiend”, “ach, wat maakt het uit” of “ik kan het straks wel compenseren” kunnen onbewust je keuze beïnvloeden. Door deze gedachten te herkennen, kun je besluiten of je echt wilt snacken of dat er misschien een andere behoefte onder zit.

Kleine veranderingen kunnen al een groot effect hebben. Probeer eens één tip uit deze week en merk wat het voor je doet!